donderdag 25 februari 2016

Autisme en verslavingen

Het is weer tijd voor een nieuwe blog. Ik heb al dagen zitten praktiseren waar ik het nu het beste over kan gaan hebben.
Dat is dus over verslavingen, maar dan wel mensen met autisme en verslavingen.
Zijn autistische mensen gevoeliger voor verslavingen? Of ligt het er ook aan hoe je bent opgevoed?En met wie je in je leven omgaat?
Dat zijn  vragen waar ik een antwoord probeer op te geven.
Ik geef de antwoorden wel vanuit mijn standpunt. Mocht je het er niet mee eens zijn laat dan gerust een reactie achter. 

Ik denk dat we wel gevoeliger voor verslavingen zijn. Verslavingen geven een houvast. Iets wat steeds terug komt geeft rust.
Ik heb dat met voeding. Ik kan iedere dag vruchtenhagel op brood doen. En dat hou ik een lange periode zo vol. Echt iedere ochtend hetzelfde op mijn brood. Daarvoor pakte ik in de ochtend hazelnootpasta op mijn brood. Dat heb ik ook lang weten te doen. Maar omdat vruchtenhagel iets gezonder is op brood ben ik overgestapt.
Ik kan ook iedere week roerbaknoedels eten. Gelukkig probeer ik als het me lukt wat afwisseling in mijn avondeten te gooien. Maar het liefst eet ik dus die noedels met kipfilet en groentes er doorheen.
Het geeft me een houvast. Is het dan wel een verslaving? Hier twijfel ik een beetje over.
Mijn verslavingen (als het dus verslavingen zijn) gaan wel weer over. Ik heb voor het middageten een hele poos beschuit op en een paar boterhammen. Nu eet ik graag brabants roggebrood in plaats van beschuit.

Ik denk ook dat de omgeving bijdraagt of je een verslaving kunt krijgen.
Ik ben veel gaan roken toen ik op mijn 20ste in een groep bij het RIBW ging wonen. We woonden met zes personen en bijna iedereen rookte daar, op 1 iemand na.
Ik was toen gevoeliger voor de omgeving om me heen. Bovendien had ik voor ik daar kwam wonen af en toe al een sigaret opgerookt (als was ik toen niet verslaafd). 
Ik ben pas van het roken afgekomen toen ik op mezelf woonde en mijn dochter 3 jaar oud was. Ik zag ook bijna niemand meer om me heen roken omdat ik minder in aanraking kwam met rokende mensen om me heen. Toen kon ik makkelijker stoppen.

Mensen met autisme spiegelen vlugger aan gedrag wat anderen doen. Vandaar dat verslaafd worden makkelijker is.
Gelukkig heb ik wel de kracht en de wil om weer te stoppen.
Nu zou ik absoluut niet meer willen en kunnen roken. Ik heb een enorme afkeer voor sigaretten. 

Van de week toen ik aan het bedenken was of autisme en verslavingen een leuk onderwerp zou kunnen zijn om over te hebben, bedacht ik me dat negativiteit ook min of meer een verslaving kan zijn.
Ik denk gauw negatief. En als je al een negatieve gedachte hebt volgen er alleen maar meer.
Toevallig kwam ik van de week een artikel tegen in het magazine Perspectief van het UWV.
Daar stond een goede oefening in.

Draai een week lang al uw negatieve gedachten om in positieve en u voelt zich al een beter mens.
Dan probeer ik hier mee aan de slag te gaan. En hopelijk raak ik verslaafd aan positieve gedachten.....





Geen opmerkingen:

Een reactie posten